Het geestelijke ontwaken van de enkeling, de massa en de mensheid
De persoonlijkheid van de mensheid heeft afstemming op het schemerland en staat dus als de zielen daar voor de geestelijke evolutie, voor het ontwaken in de geest, want het schemerland is eigenlijk nog een hel.
In deze wereld bezit het leven nog geen liefde en het moet zich daarin dus bekwamen.
Hier vindt het leven van God geen rust, het wil verder, hoger, om het beoogde doel, de eerste sfeer, te bereiken.
Eerst dan treedt de ziel het Koninkrijk Gods binnen.
Daar het schemerland de afstemming is van de enkeling, de massa en de mensheid, staan deze ervoor zich los te maken van het onbewuste-ik.
Het is voor ons leven het gevecht tegen al de kwade eigenschappen, waaraan niemand ontkomen kan, maar tevens het terugkeren tot God.
Waar Gods leven zich ook in de ruimte bevindt, is het bezig te ontwaken en zijn wetten te leren kennen.
Eerst dan, wanneer die duistere sferen overwonnen zijn, komt er rust en vrede voor de ziel en kan ze bewust aan het hogere leven beginnen.
Het geestelijke ontwaken voert het zieleleven in al de Goddelijke wetten en deze moeten worden eigen gemaakt.
De persoonlijkheid treedt nu naar voren, zij gaat door de duisternis naar het licht, van graad naar graad, stoffelijk en geestelijk.
De enkeling doet daar honderden jaren over, voor de massa duurt het nog langer, en voor de mensheid heeft het miljoenen eeuwen geduurd, voordat zij deze afstemming had bereikt.
Wat er voor het geestelijke ontwaken nodig is, grenst aan het ongelooflijke en toch moet de massa voort, steeds verder, hoger en hoger, waar het Koninkrijk Gods wacht.
De eenling kan deze sfeer spoedig verlaten; wanneer de ziel aan de opbouw is begonnen, het leven van God in al deze werelden dient, is zulks in korte tijd het geval.
Maar het kost de eigen persoonlijkheid als inzet en bovendien de volle honderd procent wilskracht, zodat het hoofd buigen wordt geleerd.
In deze toestand echter overwint het zieleleven al de kwade eigenschappen en voelt zich eerst daarna meester over zichzelf!
Het onbewuste leven daar heeft zichzelf lief.
Kent u dit verschijnsel ook niet op Aarde?
Is de enkeling daar soms anders en kunnen de massa en de mensheid getuigen, dat het boven de eigenliefde staat?
Dit is niet het geval.
Dit is dus het geestelijke peil, de geestelijke afstemming voor de massa en de mensheid.
Al de zielen in deze toestand leven voor zichzelf.
Dat vervloekte ik overheerst steeds het goede en daarom vechten zij hier op Aarde op leven en dood om dat kwade te overwinnen.
Daaruit zijn uw afschuwelijke afslachting, het vreselijke leed en de smart geboren, die de gehele mensheid thans aanvaarden moet.
Het verwende en zelfgenoegzame ik moet afgebroken worden aan deze zijde, eerst dan buigt de ziel haar hoofd voor de wetten van God en krijgt het leven van Christus betekenis.
Maar wat hier afgebroken moet worden, dient op Aarde hetzelfde lot te ondergaan en daarvoor zorgt een oorlog, die op grote schaal en met razend geweld het leven en bezittingen vernietigt.
Het zieleleven wil verdergaan, wil zich veranderen, en daartoe dient al dat leed, daarvoor is die strijd op leven en dood ontstaan.
Dat beleeft nu de gehele mensheid.
God heeft zulks niet gewild, God schonk ons alles!
Maar wij hebben maar raak geleefd.
Miljoenen zielen schiepen zich een eigen hel door die onbewuste wijze van leven, door het zoeken naar hartstocht en het zich willen uitleven, niemand was in staat hen tegen te houden.
Eens echter komt het bezwijken en het schreien, zoals kleine kinderen dat doen, en is de wroeging ontwaakt.
Waarom luistert het leven op Aarde niet naar Christus?
Hebben wij allen anders gehandeld?
Nu wij weten hoe de sferen bereikt kunnen worden, komt Gene Zijde naar de Aarde om de mensheid voor nog groter onheil te behoeden.
Leer toch van ons, wij hebben die wetten leren kennen en ze ons eigen kunnen maken.
Blijf niet halsstarrig weigeren: het kost u uw levensgeluk.
Op Aarde luisterde de enkeling naar de woorden van Christus, de massa en de mensheid bleven doof en blind voor de wonderen van God.
Christus werd prevelend aanbeden door het ijskoude, nuchtere ik.
De mens van dit schemerland ging op Aarde naar de kerk, lag neergeknield en bad en toch verhoorde God deze gebeden niet.
Maar zij hadden ook alleen hun stenen gebouw lief, zij mompelden slechts woorden!
Bidden en smeken en toch niet verhoord worden moet betekenis hebben.
Hier leeft deze betekenis.
Al deze zielen kenden geen God en ze hadden niet lief, zij volgden alléén het dode woord.
God eist echter daden!
Ze baden en beleefden eigenlijk niets.
Hun innerlijk leven bleef als deze sfeer mistachtig koud.
Ze moesten voor al de wetten van God en hun eigen karaktereigenschappen nog ontwaken.
De één bad meer dan de ander, toch zagen zij elkander hier terug.
Dit zijn de ware christenen niet.
Deze gaan zelfs over de lijken van hun eigen soort.
De katholiek haat de protestant en omgekeerd en toch zeggen beiden in dezelfde God te geloven.
Daarom leven zij in deze sfeer, in dit schemerland.
De mensheid is als uw protestant en katholiek, die bidden en daarbij tegelijk haten en zelfs ten strijde trekken om de leden van hun eigen kerk af te maken.
De mensheid moet hierin het ontwaken beleven.
Zo de afstemming van de mensheid de eerste sfeer ware geweest, zouden er geen volken meer geweest zijn, die het kwade zochten, maar het eigen maken van de eerste sfeer moet nog beginnen.
Dat komt eerst na de strijd, dan is het mogelijk het hoofd omhoog te richten en neer te knielen in Naam van God, voor Golgotha en Christus.
Als het geestelijk ontwaken komt, beginnen al die miljoenen aan het betere-ik te werken, waarvoor duizenden zich in deze oorlog hebben opgeofferd, bewust en onbewust.
Toch zijn beide levensgraden voor deze wereld fout, want God wil niet, dat het leven vernietigd wordt met welk doel dan ook.
Golgotha zal het u zeggen!
De mensheid kostte dit ontwaken stromen bloed en de enkeling al zijn krachten, tot de ineenzinking volgde.
Een struisvogelpolitiek volgen voor ons leven, kan niet, dat is alleen op Aarde mogelijk.
Wie dat denkt te kunnen doen, stemt zich reeds bij voorbaat op één van de hellen af en verloochent zichzelf.
Hij is in botsing met ons leven en de eigen wereld, waarop hij is afgestemd.
Het leven na de dood is waarachtig, hier helpen leugen en bedrog of verzachting u niet meer, om bestwil ging de mensheid door een zee van ellende.
Hier aan deze zijde leven honderden mensen van één kleur en die massa helpt de eenling.
Ook op Aarde ziet u dat.
Op Aarde trekt de mensheid de massa naar één toestand en dat is om het kwade te overwinnen.
De mensheid overheerst nu, de massa en de enkeling moeten volgen.
Het betere-ik van de mensheid spreekt thans voor Christus en het geestelijke ontwaken, wat geen mens op Aarde heeft verwacht.
Aan deze zijde hebben wij dat sinds eeuwen kunnen waarnemen, want wij kennen het innerlijk leven van deze enorme persoonlijkheid.
Dat optrekken heeft voor de mensheid miljoenen eeuwen geduurd.
Toen Mozes het geloof ontving waren de sferen van licht toch reeds tot stand gekomen.
Dat wil zeggen, dat het ontwaken in de geest steeds is beleefd, ook al was het slechts door de enkeling.
De enkeling heeft in al die miljoenen eeuwen bezit genomen van het Al en is tot God teruggekeerd.
Toen volgde de massa.
Thans wil de mensheid ontwaken!
Is dit geen verheugend verschijnsel?
Hiervoor hebben al die zielen het beste van zichzelf ingezet en nu kunt gij er in uw leven niet aan ontkomen.
Iedere sfeer heeft aan deze zijde een eigen uitstraling, al naar het innerlijke bewustzijn, want de persoonlijkheid is het die de eigen levensfluïde uitzendt.
Daarvan zijn de hellen en de hemelen opgetrokken en is alles ontstaan wat wij hier als verdichte substantie mogen aanschouwen.
En die substantie is welsprekend, want wij zien daarin onze eigen levensafstemming.
Wij zien terug in al onze vorige levens, als tenminste het ontwaken in ons gekomen is.
Buiten het geestelijk ontwaken is ons eigen-ik levend dood, bidden en prevelen wij, we hebben op Aarde het stenen kerkgebouw lief en haten het andere-ik-zijn van God nog bovendien.
De persoonlijkheid aan deze zijde straalt de verkregen levensafstemming uit en verwarmt het andere leven erdoor.
In dit schemerland is er niets om te stralen, dat licht moet het leven zich nog eigen maken.
Hier is dat licht mistachtig.
Is het op Aarde anders?
Kent gij de levensuitstraling van de mensheid?
Is het warmte, die u tegemoet komt, en voelt u zich gezegend door deze mentaliteit?
Voelt u zich waarlijk gelukkig op Aarde?
Wie kan dat zeggen?
Wie voelt op Aarde de gelukzaligheid van de eerste sfeer, van het Koninkrijk Gods?
Wie voelt zich door de heiligheid van Golgotha verwarmd?
Gaf Christus u dat niet op Aarde?
Of straalt Golgotha soms dierlijk bewustzijn uit?
Maar wat geeft het u en uw kerk?
Het voert u tot de Goddelijke wetten van ons leven, waarvoor gij uw hoofd moet buigen en welke gij u tijdens uw leven op Aarde eigen moet maken.
Gene Zijde, de engelen uit de hoogste hemelen zijn het, die terugkeerden naar de Aarde, omdat ook zij uw aardse leven hebben beleefd.
Miljoenen zielen moeten het ontwaken in de geest beleven en dat kan nooit op eigen kracht geschieden.
U hebt hiervoor hulp nodig!
Christus gaf Zijn Eigen Leven ervoor.
Wij doen niet anders en zo zal de mensheid nú tot het ontwaken komen.
Peil uw eigen innerlijk leven en voel of u nog tot dit schemerland behoort.
Ga in u zelf na, welke karaktereigenschappen weigerend optreden, leg die aan banden, breek in u af wat u kan tegenhouden, of het „Koninkrijk Gods” gaat niet voor u open.
Wees scheppend, bouw op en daal niet terug in al die ellende, het aardse leven is maar tijdelijk.
Laat u niet knechten in de geest, denk zelf!
Indien u zó handelt, bent u reeds een der onzen en staan de hogere sferen voor u open.
Het geestelijke ontwaken is dan in u gekomen.
Uw wil om uw hoofd te buigen wordt door uw eigen soort en levensafstemming gezien en deze komt u te hulp.
En Christus legt nu Zijn beide Handen op uw hoofd en zegent het bewuste-ik.
De sferen van licht zijn hierdoor ontstaan.
Dan bouwt u mee aan het versieren van onze gebouwen, want uw stenen hebben thans geestelijke betekenis gekregen.
Nu wordt uw gebed verhoord, gij hebt immers lief alles wat leeft en u staat voor het leven van God open.
Kijk het onbewuste leven op Aarde maar in de ogen.
Wat ziet u?
Volg deze zielen maar in het doen en laten.
Wat ziet u?
Kent u deze levensafstemming thans?
Welke mentaliteit spreekt er nu tot uw eigen leven?
Kan dát bewustzijn u het geestelijk ontwaken schenken?
Is uw dominee, die over een God van verdoemenis spreekt, in staat u te helpen?
Of is uw pastoor een geestelijk bewuste, die al even hard met hel en verdoemenis dreigt?
Ze zijn levend dood deze zielen en moeten nog ontwaken.
In die kijkers ziet u licht noch bewustzijn, slechts geestelijke armoede ziet u erin.
De koude in die ogen doet u verstenen, ze zijn kil als hun gebeden én hun kerkgebouw, waarin zij geloven en een God van liefde willen vinden.
Maar Golgotha blijft mistig voor hen!
Dit komt door hun eigen bewustzijn, pas als zij zorgen, dat zij het geluk van het leven leren kennen, zal uit hen de waarachtige liefde schijnen en zal hun eigen levensuitstraling veranderen.
De spiegels van de ziel vertellen u, wat innerlijk beleefd wordt, wat de persoonlijkheid nastreeft en wat de karaktereigenschappen te zeggen hebben ten opzichte van het eeuwigdurende leven na de dood.
De spiegels van de ziel stralen of ze zenden hun haat uit, en ze verwijzen tegelijk naar een wereld aan deze zijde, naar een hel of een hemel.
Er zijn mensen in dit schemerland, die apathisch blijven neerliggen, niet in staat zijn om aan de ontwaking te beginnen en vooreerst maar blijven slapen.
Totdat ook voor hen het wonder gaat spreken en ze zich wakker geschud voelen.
Het merendeel van deze voelen het onbewustzijn, miljoenen zielen zijn echter actief bezig geweest zichzelf te bevechten en strijden tegen het kwade in hun levens.
Al die eigenschappen moeten overwonnen worden!
Er zijn mensen in dit schemerland, die zich niet van het aardse bestaan kunnen losmaken, ze geven zich nog steeds aan die stoffelijke gevoelens over.
Toch komen ook zij eens tot de geestelijke ontwaking en gaan dan aan de opbouw van zichzelf beginnen.
Voor de aarde in cijfers omgezet vormen zij slechts vijf procent.
Vijftien procent wil naar het land van haat terug, te weten Duitsland, Italië en Japan, welke volken nog niet willen ontwaken.
Rusland en andere volken bevinden zich in een geheel andere toestand en deze wordt ons straks duidelijk.
Tachtig procent van de mensheid wil ontwaken en roept nu het onbewuste deel het geestelijk halt toe.
Dit is het kind van (het Huis) Israël.
Deze volken gaan één weg en zijn daarin al eeuwen geholpen.
Dit is de afstemming van de grote massa en dit kunt u op Aarde volgen en als wij vaststellen.
Al die levensgraden leven nu op Aarde verspreid, zij moeten bewijzen wat ze eigenlijk willen.
Er is thans maar één weg te bewandelen, de Eeuw van Christus heeft alle andere wegen uitgeschakeld!
Het begaan hiervan was vroeger mogelijk, nu niet meer.
Daarom is deze strijd ook zo verschrikkelijk.
Het is het hoofd buigen voor God óf het aanvaarden van de duisternis.
De mensen in dit schemerland aanvaarden op Aarde een God, die verdoemen kan, en in die overtuiging treden zij na hun dood de astrale wereld binnen.
Hier moet hun bewustzijn voor een God van liefde nog ontwaken.
Die verdoemenis leeft in hun eigen leven, want God verdoemt niet.
Op Aarde reeds heeft het hen tegengehouden, zij kwamen door die opvatting omtrent verdoemenis niet van hun onbewuste ik los en traden dus ook in ons leven een ónbewuste wereld binnen.
Dat is dit schemerland!
Nu moeten zij leren, dat God alleen liefde is, en dan volgt vanzelf het geestelijk ontwaken.
Aan deze zijde vragen zij waar Christus leeft, zij willen Christus zien.
Dat heeft men hun op Aarde verteld, doch de wetten van ons leven hebben een andere betekenis dan hun dominee heeft gedacht.
Zij zoeken hier naar hun geestelijken, maar ook deze kunnen niet antwoorden, ook zij moeten nog ontwaken.
Op Aarde werden zij van Christus’ leven overtuigd en nu, aangekomen aan Gene Zijde, vinden zij Christus niet.
Een enorme teleurstelling is het gevolg en dan schreien zij als kinderen, omdat zij voelen, dat men hen op Aarde heeft bedrogen.
De katholieken zoeken hier naar hun pastoor en willen ook hier te biecht gaan en de heilige communie ontvangen, maar deze geestelijke mist hier zijn toebehoren en zoekt zélf.
Ook hij moet nog in de geest ontwaken.
De astrale wetten zijn op Aarde niet begrepen, men weet er weinig van en toch bracht Christus u het Heilige Evangelie.
U moet hen eens horen, deze armen van geest, eerst dan begrijpt u, hoe noodzakelijk het is, dat al deze wantoestanden oplossen.
Het ontwaken voor de astrale wereld staat erdoor stil.
De mens remt zichzelf erdoor.
Die aardse onwetendheid houdt het Koninkrijk Gods voor het zieleleven gesloten.
Men leert op Aarde wanbegrippen.
Men leert het kind van God, de volwassen mens, zaken, die geen betekenis meer hebben, maar desondanks geleerd moeten worden.
De kerk bewijst daardoor niets af te weten van ons leven.
In de toekomst wordt dat anders, u zult dat straks leren kennen.
De meesters werken aan een groot plan voor de Aarde.
Alle volken van (het Huis) Israël zullen geestelijke wijsheid ontvangen, Gene Zijde heeft contact met de Aarde en onze instrumenten leven er reeds.
Het menselijke wezen in dit schemerland stelt vragen en wil alles van God weten.
Hier dreigt men niet meer met de verdoemenis, het leven kan zonder bijgeloof ontwaken.
Al deze zielen zijn diep getroffen door de op Aarde heersende onbewustheid, de onwetendheid, die het leven mismaakt voor de astrale wereld.
Precies als op Aarde voelt het innerlijke leven, dat er een God is, maar op Aarde dringt men nog niet tot de waarachtigheid van God door.
Maar hier kunnen wij hun vragen beantwoorden.
Nu komt er bewustzijn in hen.
Het vragen stellen alleen helpt hen aan deze zijde niet, zo wij in de geest willen ontwaken, moeten wij het leven van God dienen.
Christus zelf gaf het voorbeeld en zette Zijn Eigen Leven ervoor in.
Dat is het overwinnen van de lagere levensgraad en het alles geven van onszelf!
De dood op Aarde zou aan dit leven heel veel hebben kunnen zeggen, maar wie innerlijk levend dood is kan tijdens dit gigantische proces niet waarnemen, de astrale ogen drukken zichzelf toe.
Ingeslapen komen zij hier aan en ze slapen zich eindelijk zelf wakker, waarna het vragen stellen volgt.
Niet één van al deze miljoenen zielen in het schemerland heeft gediend, want wie dient leeft in Christus en die zielen gaan hoger en beleven de heiligheid, waarop zij afstemming hebben.
Tijdens het stoffelijke leven leerden zij zichzelf en het leven van God kennen.
Wist de mensheid maar dat er een eeuwigdurend voortgaan zónder een eeuwigdurende verdoemenis is, dan zou het aardse leven spoedig veranderen, want dit bewustzijn voert u onmiddellijk naar het geestelijk ontwaken.
Uw maatschappij zou direct veranderen en in het menselijk hart zou liefde komen.
Nu de „Eeuw van Christus” een aanvang heeft genomen, komt deze wonderbaarlijke afstemming en wetenschap over uw wereld en dit zal de mensheid naar het geestelijke bestaan optrekken.
De stoffelijke ontwikkeling heeft de geestelijke bezieling tegengehouden.
Nu echter de massa voor Christus voelt en zij rechtvaardigheid wil betrachten, komt hierin verandering.
De satanskinderen van uw Aarde zuigen zich nu vol aan de Joden en het kind van (het Huis) Israël, maar betreden na het aardse leven hun eigen hel.
Het koelbloedige villen van Gods leven zal hun in rekening worden gebracht, hier staan die mensen voor hun eigen kwaad en ze zullen hun duisternis moeten aanvaarden.
Voor hen is het geestelijk ontwaken nog niet gekomen, dat zal nog eeuwen duren.
De kinderen van (het Huis) Israël walgen van dit bewustzijn en, goddank, de massa ziet, dat dit geen beschaving is.
Dit alles zegt u, dat er andere tijden zullen komen.
Zo intens en vernietigend is het kwaad nog niet opgetreden, in al de eeuwen die voorbijgingen heeft het kwaad zich niet zó kunnen vertonen.
Maar de Satan voelt thans, dat zijn rijk zal instorten en zet alles op alles.
De duivel voert oorlog tegen Christus.
Dat is uw oorlog van thans!
De duivel ziet, dat het mensdom wil ontwaken en spoort nu zijn eigen soort aan, zich aan het leven van (het Huis) Israël te vergrijpen en het desnoods af te maken.
En u ziet het, hoe deze satanskinderen huishouden.
Het is hemeltergend, zoals deze zielen zijn.
De ongelooflijkste dingen bedenken zij om de Jood of christen, die hun bevelen weigert op te volgen, te kwellen.
Dat is duivelswerk!
En wie deze individuen volgt, kan God niet liefhebben.
Hoelang zal het duren, voordat deze mensen geestelijk ontwaken?
Zij vergrijpen zich aan het leven van God, mannen en vrouwen spelen voor beul.
Is die soort thans zo onbegrijpelijk?
Als de ene mens in staat is de andere grondig te vernietigen, dan spreekt tot u de laagste hel.
Nu wil de goede massa Christus volgen!
Is dit gevoel niet het bezit van hen uit de eerste sfeer?
Dat wijst op het ontwaken voor ons leven, het is het volgen van Golgotha en het aanvaarden van een God van Liefde.
Nu ziet u aan de verschijnselen, dat de hellen zich uitleven, de duivel voelt aan, dat zijn tijd voorbij is.
Het duurde miljoenen eeuwen voor het zover was en al die eeuwen overheerste het kwaad op Aarde, maar door deze strijd komt het hogere in de mens.
Eindelijk kunt u straks op Aarde uw geestelijk Kerstmis vieren, want dan staat gij voor het waarachtige welbehagen!
Zij, die thans op Aarde gemarteld worden, moeten niet gaan haten, want daarna zouden zij zich weer afstemmen op het land van haat.
Zo al die mensen zich aan God en Christus kunnen overgeven, toont zich het geestelijk ontwaken en treden zij de eerste sfeer binnen.
Bedenk, dat God niet toestaat, dat er van Zijn kinderen een haar gekrenkt wordt, indien het geen eigen karma bezit!
Wat u thans door de soort van Hitler ondergaat, heeft met uw eigen karma te maken en dient om tot het geestelijk ontwaken te komen.
Als dat door u goed begrepen wordt, komen de Engelen van ons leven uit tot u en brengen u de geestelijke boodschap, want gij hebt u zelf in ons leven opgetrokken.
Daarom kan deze oorlog voor ontelbaren geestelijke winst betekenen, terwijl hij anderen naar de duisternis voert, want in deze eeuw worden de rekeningen uit het verleden vereffend.
In de eerste sfeer leeft het zieleleven voor Christus en de medemens.
Deze zielen zijn zover gekomen en ze zetten het eigen leven voor dat geestelijk bezit in.
Maar ook op Aarde leven die mensen, die dienen, uw eigen tijd spreekt over hen.
Deze mensen liegen en bedriegen niet meer, deze mentaliteit ziet alles onder ogen en kan aanvaarden.
Deze mensen zijn zich van de wetten van God bewust en gaan rustig voort om het geestelijk ontwaken in een hogere levensgraad te bereiken.
Het menselijk wezen uit de eerste sfeer heeft Golgotha leren kennen en weet thans, dat het aardse leven is om te ontwaken.
Zij, deze miljoenen, bezitten reeds het eigen Koninkrijk Gods en leven bewust in deze heiligheid.
Zij weten, dat de mensheid op Aarde deze strijd beleven moest, want ook zijzelf moesten zich eens gereedmaken voor het opwaartsgaan, wat hun heel veel leed en smart heeft gekost.
Zij overwonnen het lagere ik en betraden het Koninkrijk Gods.
Niet één van deze miljoenen zielen zou een ander mens kunnen doden.
Voor Christus geven zij alles van zichzelf!
Wat doet thans de mensheid?
Is ook de mensheid niet bereid om te sterven voor de rechtvaardigheid?
Hieraan is vast te stellen, dat ons leven en het aardse één toestand zijn.
Beide werelden volgen één weg om tot het geestelijk ontwaken te komen.
Het ongelooflijke leed, dat nu op Aarde geleden wordt, is door het onbewuste-ik tot stand gebracht.
Dat onbewuste- en overheersende-ik-leven wordt nu overwonnen, de massa en de mensheid willen hoger gaan en de geestelijke bewustwording verdienen.
Nu wordt het onbewuste-ik op Aarde vervloekt, want het martelt de massa.
Dit onbewuste-ik gaat over lijken.
Dit onbewuste-ik voert u naar het prehistorische tijdperk terug, martelt u in de concentratiekampen en steekt zijn hand op om u een groet te brengen, die duivels is!
Dat lege en nietszeggende-ik tracht de eigen en waarachtige persoonlijkheid te verbergen, doet zich mooi voor, maar liegt en bedriegt, zoals dit voorheen nog niet is geschied.
Ofschoon er nog, zoals ik al zei, een aantal procenten is, dat dit bewustzijn nog volgt, heeft het toch geen betekenis meer voor de astrale wetten, want het land van haat is overwonnen.
Dat onbewuste-ik speelt thans voor beul, elkeen, die zich ertoe geroepen voelt, krijgt de zweep in handen en ranselt erop los, totdat de Jood en het kind van (het Huis) Israël erbij neer vallen.
Ziet de mensheid niet, dat dit de vijand van (het Huis) Israël is, die bezig is het betere-ik te vernietigen?
Moet dat voortgaan, wat al de vervlogen eeuwen kenden?
Wat zich voltrekt is de afrekening met het kwade-ik, het kosmische vonnis wordt voltrokken, want God wil, dat al Zijn Kinderen tot Hem terugkeren.
Deze eeuw spreekt tot uw eigen leven, tot uw bewustzijnsgraad, tot uw betere-ik!
Nu moet gij zelf weten hoe gij moet handelen, of ge de duivel of Christus wilt dienen.
De man van het diepste kwaad in de ruimte speelt voor beul over u en de uwen, over de massa en de mensheid.
Maar dat moet hij weten.
God waakt!
Hoe verschrikkelijk zijn karma nu reeds is, want nog is de oorlog niet ten einde, voelt u zeker.
Deze ziel, dat is één vonk van God, staat tegenover biljoenen zielen en vonken en voert er oorlog tegen.
Had deze onbewuste even nagedacht, dan zouden de sterren en planeten hem hebben kunnen zeggen, dat in deze eeuw het kwade moet verliezen.
Maar de beul van de mensheid wist niet beter.
Deze man vergreep zich niet aan één wet, maar aan miljoenen wetten.
Deze ziel vindt, dat Christus geen betekenis heeft.
Deze man slaat dan ook toe waar hij kan, maar hoe meer hij slaat, des te schoner wordt de Eeuw van Christus, die nu ontwaakt!
Deze ziel weet niet, dat hij het tegendeel zal bereiken van wat hij beoogt, deze ziel kent de Tien Geboden niet, de Tien wetten van God voor alle leven hebben voor haar geen zin.
Dit lege-ik moet nog ontwaken.
Het land van haat is overwonnen en de mensheid ziet thans de eerste lichtstralen uit de eerste hemelse sfeer.
En dit is het houvast, dit is de steun voor deze strijd, of de beul van de mensheid zou nog overwinnen.
De mensheid ziet naar Jeruzalem.
Het is Golgotha, waardoor deze massa geïnspireerd wordt.
De mensheid bewijst nu eerst, dat het de kinderen van (het Huis) Israël heilige ernst is.
En dat moet de enkeling, de massa aanvaarden!
Vergeet ook u straks het afschuwelijke proces, houd er de wil uit over, voortaan te dienen, werk verder aan uzelf en aan anderen, Gene Zijde helpt u bij uw streven.
De zielen in dit schemerland moeten verder en hoger, maar het merendeel van hen kan nog niet vergeten of vergeven.
En daardoor staat hun leven stil.
Zij blijven denken aan alles wat zij op Aarde hebben gekend en liefgehad, maar dat nu van hen weg is, dat op Aarde is achtergebleven, terwijl zij naar een andere wereld overgingen.
Dit blijven treuren is hun ondergang in dit leven, ze komen niet tot het ontwaken.
Als daar het aardse bewustzijn blijft overheersen, dan kan het heel lang duren vooraleer de ontwaking volgt.
Deze eeuw én de wetten van het leven vragen daarom ook u, een streep te trekken onder hetgeen is beleefd, dat hebben wij allen, die de sferen van licht bereikten, moeten doen.
Het oude is hun lief, omdat zij het nieuwe nog niet kennen.
Zij schrikken terug voor dit nieuwe.
Ook dat gekreun is op Aarde te horen, maar weet dan, dat God voor al Zijn Leven meer weggelegd heeft en dat de eerste sfeer en nog zes andere hemelen u opwachten.
Na het schemerland wenkt de eerste sfeer u toe en zij is te bereiken door het leven van God te dienen!
In ons leven moet het lagere ik bevochten worden en het kost heel veel strijd en inspanning voor het overwonnen is.
Het is het krachtige halt, toegeroepen aan al het gevaar in u zelf.
Dit lage ik heeft de mens eeuwenlang bergafwaarts gevoerd.
Dit vervloekte eigen maaksel, deze rammelende persoonlijkheid, dat menselijke monster moet overwonnen worden, eerst dan komt er vrede en rust in u zelf en op Aarde.
Zo moet de mensheid het Germaanse ik overwinnen, dat door de duivel en zijn soort wordt geliefd.
Die omlaaghalende persoonlijkheid, deze vervloekte instincten zijn in uw tijd tot vol bewustzijn gekomen en willen het goede overheersen.
Maar wij hier weten, dat (het Huis) Israël, dat Christus overwint!
Om tot God terug te keren moet het zieleleven de vonk Gods leren kennen en liefhebben, eerst dan kan de kosmische bezieling, waarover Christus tijdens Zijn aardse leven gesproken heeft, ontvangen worden.
Het is die kracht, waardoor de ziel in dit schemerland naar de duisternis afdaalt om het onbewuste kind van God te helpen.
Als dit gevoel om anderen te helpen in uw leven is gekomen, behoeft gij u niet angstig meer te maken, u bent dan bezig om te ontwaken.
Dan kent u de dood.
De dood heeft nu geen betekenis meer voor uw leven en gij leeft op Aarde reeds eeuwigdurend.
In dit schemerland leven echter miljoenen zielen, die niet eens weten dat ze op Aarde gestorven zijn.
En dat is ook weer heel natuurlijk, want zij bezitten een God van wraak en vernietiging, die zij in hun kerk leerden aanvaarden.
En doordat er geen licht in dit leven is, het onbewuste dit leven overheerst, duizenden karaktereigenschappen nog moeten ontwaken, schreien ze als kleine kinderen om hun verloren geluk.
Ze geloven, dat een ziekte hen uit hun dagelijkse omgeving heeft gehaald en dat men hen in een ziekeninrichting heeft gebracht.
Zelfs na hun dood voelen ze zich nog ziek.
Vanzelfsprekend worden al deze mensen geholpen.
Er zijn steeds zusters en broeders aanwezig, die hen van dit leven willen overtuigen.
Maar velen willen die hulp niet eens aanvaarden.
Omdat zij denken in een ziekenhuis te zijn ondergebracht, schelden zij op eenieder, die hen nadert en hen wil overtuigen, dat ze gestorven zijn.
Vreselijk gaan ze tekeer tegen hen, van wie zij aannemen, dat ze tot een ander geloof behoren.
Hen stellen ze aansprakelijk voor hun toestand.
Deze mensen moet men alleen laten, straks komen ook zij uit eigen beweging om hulp vragen en kunnen wij hen helpen om te ontwaken voor dit leven.
Deze mensen zullen vele eeuwen nodig hebben om tot het astrale bewustzijn te komen.
Men moet hen overtuigen van alles, wat losgelaten moet worden, omdat het tot het stoffelijke bewustzijn behoort en ballast is voor dit leven.
Op Aarde gingen zij door deze eigenschappen te gronde, zelf schiepen zij zich al deze astrale narigheid.
Deze mensen wandelen maar wat rond in de mistige sfeer van het schemerland en denken aan al het aardse, waaraan zij geen einde willen zien.
Hun gehele leven is verward, zij voelen zich stoffelijk en geestelijk apathisch.
Een graad lager en wij treden het psychopathische bewustzijn binnen, ook die zielen leven in deze wereld.
Wanneer de zusters en broeders tot zulke mensen spreken en hen willen overtuigen van de astrale wetten, maken zij zich uit de voeten, want zij willen niets van deze godslasteringen weten.
Wat die broeders en zusters hebben te zeggen is duivelsgedoe, en ja, dat is ... dat is ...!
Niets willen ze daarmee te maken hebben.
Zo zijn deze zielen verstard in hun dogma’s.
Hoe ontzettend moeilijk het is om deze zielen uit dit onbewuste op te trekken en hen te overtuigen van de toestand waarin ze leven, kunt u beoordelen, wanneer u hen zelf eens zou kunnen volgen.
Van al de feiten, waarvoor zij in dit nieuwe leven staan, aanvaarden zij er niet één, doordat men hen op Aarde dol heeft gepraat over een hiernamaals, dat alleen in de fantasie van hun geestelijken bestond.
Indien u eens wist, hoe vreselijk hun ontgoocheling is te moeten aanvaarden, dat letterlijk alles anders is, dan kunt u vaststellen, hoe de kerk het zieleleven van God verminkt.
Zij durven aan niets anders denken dan aan hun eigen Christus en vinden het verschrikkelijk, dat in het ziekenhuis, waarin zij denken te zijn, geen kruisbeeld opgehangen is.
Maar dat kennen wij niet in ons leven, wij leven in de werkelijkheid en hebben Christus anders leren kennen.
Steeds weer vragen ze waarom het hier zo onchristelijk is, maar ze weigeren intussen de astrale wetten te aanvaarden.
Het duurt lang, voordat deze zielen tot het geestelijk ontwaken komen.
En daar hebben de kerken en de geestelijken schuld aan, zij hebben Gods wetten vervormd en aangepast aan hun eigen lege bewustzijn.
En daardoor maakten ze het innerlijke leven van deze gelovigen kapot.
Zo vreselijk is hun lijden, dat ze dóód willen zijn, en ze weten niet, dat zij door de dood dit leven binnentraden ...
Ook hier vragen zij nog om eten en drinken en ze vinden het leven maar saai, omdat er voor hen niets te koop is.
Deze persoonlijkheid heeft dorst en wil lekker eten, hoewel ze voor de astrale wereld geen eten of drinken nodig hebben.
Deze gevoelens en verlangens behoren tot de stoffelijke wereld, waarvan zij nog geen afscheid hebben genomen.
Al die zielen moeten zich dus volkomen losmaken van hun aardse gedachtenleven en voor dit leven ontwaken.
Ze willen naar huis terug.
Zij vragen waar de dokter is en denken bewust aan de ziekte, waardoor zij dit leven binnentraden.
Ze zien met verlangen uit naar de familieleden, die op ziekenbezoek zullen komen.
Ze geloven thans herstellende te zijn en spoedig als genezen ontslagen te zullen worden.
Als men hen ervan tracht te overtuigen dat zij op Aarde zijn gestorven, halen ze hun schouders op en kunnen het niet aanvaarden.
Wij overtuigen hen dan van dit leven door hen te verbinden met hun familieleden, die reeds eerder de Aarde hebben verlaten.
Het herkennen volgt en nu staan zij voor de feiten!
Ze schreien zich leeg en ze voelen nu pas terdege, dat zij alles van de Aarde hebben verloren.
Toch blijven zij hunkeren naar al het mooie van de Aarde, dat in dit leven geen betekenis heeft.
Zo beleven wij hier duizenden toestanden, die alle voortvloeien uit de persoonlijkheid van mensen, die nog voor Gene Zijde moeten ontwaken.
De mens in dit schemerland is als een klein kind, want haat en ruw geweld heeft hij afgelegd, of hij zou nog behoren tot de lagere hellen.
Dit kind als volwassen mens is moeilijk te overtuigen van de wetten Gods en toch moeten zij deze eens aanvaarden.
Eerst dan kunnen wij hen van al het verkeerde in hun leven overtuigen, waarna de persoonlijkheid voor een gevecht op leven en dood staat – de lege en toch overheersende persoonlijkheid moet overwonnen worden.
Het is machtig al deze verschillende soorten van mensen in het schemerland te leren kennen.
Hiervan een studie te maken voert u naar onbegrensde mogelijkheden, een arbeidsveld, waarover u vele eeuwen doet.
Velen aan deze zijde geven zich dan ook volkomen voor deze zielen en verdienen daardoor hun eigen en hogere levensgraad.
Deze studie is kosmisch diep, omdat al deze mensen, die toch tot één sfeer behoren, een eigen wereld bezitten, niet één mens is als de miljoenen anderen, elk leven vertegenwoordigt een kosmische diepte.
Het vreselijke is hier wel, dat allen hun eigen taal spreken.
Daardoor is hier nog geen sprake van een geestelijk gesprek, wat het geestelijke éénzijn van gevoel tot gevoel is, waardoor de aardse spreekwijze geen betekenis meer heeft.
Het is het overgaan in alles en in elkaars leven.
Door het gevoel spreken deze zielen met elkander.
Pas in de eerste sfeer verstaat het ene leven het andere en voelen zij elkaars spreken aan.
Nu moeten zij zich nog volgens de aardse talen behelpen.
In hun stoffelijk bewustzijn is geen verandering gekomen.
Ik behoef u niet te zeggen, dat de zusters en broeders, die hen van dit leven moeten overtuigen, hen in hun eigen taal aanspreken.
Nu is er contact en kan er aan de geestelijke opbouw begonnen worden.
Dit schemerland is diep en waarachtig, zoals alle hellen en hemelen zijn, het stelt u voor de stoffelijke en de astrale wetten.
Het heeft enorme betekenis, ook al is het een hel, een onbewuste wereld.
Wie geestelijk hoger staat en de eerste sfeer als het Koninkrijk Gods kan binnentreden, is natuurlijk los van de Aarde en heeft zich deze hemel eigen gemaakt door het leven van God te dienen.
Maar wie is er op Aarde zover?
Het zijn liefdegeesten.
Wat uit hun handen komt, draagt hun eigen bezieling, hun levens zijn erop gericht het onbewuste kind van God voort te helpen.
Voor deze taak geven al die mensen de eigen persoonlijkheid.
Het spreekt weer boekdelen, dat de meeste van de mensen, die de eerste sfeer binnentreden, reeds op Aarde een geestelijke taak verrichtten.
Hoeveel verschillende taken kunt u op Aarde niet volbrengen, die feitelijk geen betekenis voor de astrale wereld hebben?
In deze wereld zijn kroegbazen niet meer nodig, uw slagers evenmin, honderden van die ambachten vertellen u, dat deze mensen stoffelijk werk verrichten en de geestelijke overgave niet kennen.
Deze mensen hebben het hier dan ook het moeilijkst, omdat zij hun dode leven van de Aarde hebben meegebracht.
Daarvan moeten zij zich losmaken.
En dat losmaken ervan is niet zo eenvoudig, ook al denkt en zegt men op Aarde, dat men onmiddellijk bereid is iets anders aan te pakken.
Hun leven lang hebben deze zielen zich op hun werk ingesteld en dan komt men niet zo gemakkelijk los van het stoffelijke denken en voelen.
Anderen, die bijvoorbeeld als dokters en verpleegsters een taak hebben verricht, mensen, die hun hele aardse leven reeds dienden, zijn in het schemerland spoedig te bereiken en gaan hier dan ook weldra verder.
Opnieuw zetten zij zich voor al het leven van God in en behalen daardoor de eerste sfeer.
Pas in de eerste sfeer kan de aardse geleerde zijn studie voortzetten.
In het schemerland is dat niet mogelijk, hier bevinden zich geen laboratoria.
Het geestelijk ontwaken aan deze zijde is dus noodzakelijk, anders staat uw leven hier absoluut stil!
Het grote geluk voor u als aards mens is, steeds gereed te zijn voor het leven hier, u verliest nu geen tijd en beleeft thans bewust al de wonderbaarlijke wetten van het stervensproces en de overgang naar hier.
Het kreunen, dat aan dit loskomen vastligt, is dan verre van u.
Ontwaking aan deze zijde doet pijn, schokt het bewuste denken en voelen en de persoonlijkheid moet dat allemaal verwerken.
Ontwikkeling aan déze zijde betekent smart, houdt groot verdriet in, doordat al dat nieuwe en hogere hier uw leven uiteenrafelt.
U wordt hierbij evenwel geholpen door een persoonlijkheid, gelijk aan de uwe, een zuster of een broeder, een meesteres of een meester voor dit leven.
Heiligend is het samenzijn met hen!
Bij het leren van deze levenslessen voelt u zich duidelijk zitten aan de voeten van uw meester.
Met hem of met haar bereist u de ruimte, als de wetten van ons leven zich aan u moeten openbaren.
Want elkeen gaat weer een andere weg om tot ontwaking te komen.
Dat, waarvan u vol bent, moet uit u weg, dit is het allereerste waaraan wij hier beginnen, wij breken u geheel af, maar zijn in staat daardoor een geheel andere persoonlijkheid op te bouwen.
Dat opbouwen is wonderbaarlijk, want wij kunnen u dan van al de wetten van God overtuigen.
Daarom is het schemerland voor het aardse bewustzijn toch weer gelijk een hemel.
In deze sfeer bent u bewust, hier lééft u, terwijl u op Aarde ingeslapen waart.
Hierover zijn boeken te vullen en al die stof is machtig interessant en vooral leerzaam, doordat al de menselijke soorten van de Aarde hier bijeen zijn.
Alle volken, nationaliteiten en godsdiensten treft u er aan, arm en rijk, geleerd en ongeletterd, alle maatschappelijke toestanden leven hier en spreken tot uw eigen bewustzijnsgraad.
Denkt u zich dit eens in.
Dit is op Aarde niet te beleven.
Het schemerland is daardoor feitelijk tot een universiteitsstad geworden.
De mensen vormen groepjes en zo kan het gebeuren, dat er zijn, die een wereldbeschouwing bezitten en zich gereedmaken voor een studie.
U voelt zeker wel dat de dragers van die theorieën en hun volgelingen levend dood zijn.
Als hun ogen eindelijk wat meer opengaan, vallen ze hun genoten af, beseffend, dat het leven hier niet meer van de Aarde is, maar ontwaken in de geest eist.
Dit zieleleven ziet de weg, de waarheid en het leven dan voor zich, waarvoor Christus is gestorven.
Hier leeft ge in de waarachtigheid en als ge u hier voelt zoals u zich op Aarde voelde, moet dit veranderen.
Het is dus zeer zeker belangrijk welk ambacht gij op Aarde koos.
Ge moet hier alles doen om in harmonie te zijn met het oneindige.
Tal van wetten spreken nu tot uw leven en eigen bewustzijn en vragen om ontleding.
Uw sport bijvoorbeeld is prachtig, indien zij u maar in niets overheerst, anders bent u reeds in botsing met ons leven, met uw wereld na de dood!
Ik zei u, wij beleven al die toestanden en verkrijgen er ons hogere bewustzijn door.
Niet één ziel, die de hemelen vertegenwoordigt, is buiten het schemerland om daar gekomen.
Al het leven in de ruimte van God ging door dit schemerland naar de hogere werelden, omdat hier de waarachtigheid tot het leven spreekt.
In deze sfeer volgen en beleven wij de levensgraden van de Aarde en komen nu tot de geestelijke openbaring ervan, wat het ontwaken is in de geest.
De geest in het schemerland stelt vragen gelijk uw eigen kind.
Dit volwassen mensenkind, dat nu de aardse ouderdom afgelegd heeft, wil weten.
En dat weten ontvangt het van ons alleen, als het zich voor honderd procent kan overgeven.
Voor al de wetten van God, die tot dit ontwaken behoren, vraagt de geestelijk bewuste, die zijn meester is, van hem de volle overgave of er komt toch geen verandering en is alles krachtverspelen.
De aardse mens kan hier oud en verschrompeld binnentreden, doch naarmate hij ontwaakt wordt hij jonger en ziet gij deze mens als een veertigjarige, de leeftijd, die de afstemming is van deze sfeer.
Het geestelijke ontwaken verjongt de persoonlijkheid.
In de eerste sfeer is het menselijk wezen ongeveer dertig tot zesendertig jaar oud.
Het lichaam aanvaardt de leeftijd in de sferen.
Hoe hoger u daar komt, des te jonger wordt het zielelichaam.
U kunt in de hoogste hemelen een jongeman ontmoeten en toch is hij een kosmisch meester, een bewuste en een vorst van liefde.
Hoe hoger wij gaan, hoe dichter wij tot God komen, des te meer verjongt zich ons hart en straalt het als alléén God kan stralen!
God kent geen ouderdom!
Wij willen elke ziel uit het schemerland wakker maken voor de hogere werelden en dan moet alles, wat geen geestelijke waarde heeft, onherroepelijk uit dit karakter verdwijnen.
Dat is de geestelijke opbouw en het ontwaken voor de eerste sfeer en dit geldt voor de enkeling, de massa en de mensheid.
Deze zielen gingen door de dood naar het eeuwige leven, beleefden die dood – en toch, wat hebben zij geleerd?
Is het niet afschuwelijk, dat een geestelijke ook hier nog over een God van verdoemenis spreekt?
Grijnst u uit deze opvatting niet de geestelijke armoede van dit gevoelsleven toe?
De man spreekt zijn hele leven over God als over een Vader van liefde, maar daarnaast ook – hoe rijmt het?
– over een God, die verdoemt.
Hier staat deze ziel voor zijn eigen schemerland, zijn onbewuste-ik van de Aarde.
Die man moet ontwaken, het allereerst op Aarde, het is broodnodig, want door zijn afschuwelijk gepreek smoort hij de ontwaking voor het zieleleven.
Hij is een levend dode en toch wil hij het mensenkind op Aarde leren ontwaken?
Voelt u, hoe noodzakelijk het is, dat op Aarde deze wetten gaan spreken?
Voelt u ook, hoe afschuwelijk het is voor degenen, die hen volgden en zich in onze wereld teleurgesteld zien?
Het is dringend nodig, dat de mensheid op Aarde de wetten van God en die voor het eigen leven leert kennen.
Die wetten te leren kennen zal voor de Eeuw van Christus het geestelijk ontwaken blijken te zijn.
Radeloos zijn de volgelingen van de kerk, menig dominee krijgt van hen een aframmeling, waarna hij eerst beseft, wat een onzin hij als voorlichter op Aarde te brengen heeft gehad.
Die zielen moeten niet alleen stoffelijk ontwaken, maar tevens gééstelijk.
Het vreselijke drama kunnen wij hier volgen, het ontwaken van uw aardse geestelijken is hartverscheurend.
Hun lijden is ontzettend, want moeten ze nu geloven dat dit leven voor niets is geleefd?
Zij willen terug om het over te doen, maar dat terugkeren is niet zo eenvoudig.
Zij kunnen dit van God ontvangen, maar dan moeten zij de eerste sfeer hebben bereikt, een onbewuste is voor een geestelijke taak nog niet gereed.
Daar zijn zij pas bewust en volkomen gereed om deze genade te kunnen beleven.
Is er in hen het absolute verlangen om naar de Aarde terug te keren, dan lossen zij vanzelf op en zien ze zich daar geboren.
God geeft hun het mannelijke kleed.
Deze wetten te leren kennen, doet u ontwaken, wetten die zowel aards, geestelijk, kosmisch als Goddelijk kunnen zijn.
Dit alles leren wij in het schemerland.
Deze wetten brengt gij met u, zij maken deel uit van uw eigen onbewuste-ik.
Deze oorlog is het, die u de heiligheid van het geestelijk ontwaken brengt.
De mensheid is nog onbewust.
Maar nu beleeft de grote massa het geestelijk peilen en aanvoelen van de lagere persoonlijkheid.
Nu treedt de daadwerkelijke wil om te dienen naar voren.
Christus’ leven zal spreken!
Voor elke levensgraad geldt dat.
De geestelijkheid moet ontwaken, hun volgelingen tot bewustzijn komen, dan treden al die zielen bewust het bereikte Koninkrijk Gods binnen.
De katholiek zoekt hier naar de Voorhof van Onze-Lieve-Heer, doch vindt niets wat maar op een Voorhof lijkt.
Deze ziel is daardoor geradbraakt.
Maar op Aarde leerde men haar niets anders.
De protestant klampt zich vast aan het bloedoffer, deze heeft zijn handen neergelegd op de wonden van Christus en denkt zijn eigen hemel te kunnen betreden.
U moet deze armoedige zielen gadeslaan wilt u de beleefde ellende kunnen voelen, hun innerlijk leven is als een kerkrat zo arm.
Arm in gevoel, arm aan geestelijk weten en arm is deze persoonlijkheid ten opzichte van de astrale wereld, arm voor God en Christus, voor Golgotha en het geestelijk ontwaken.
Zij staan onbewust in de Goddelijke wetten, leven erin en zoeken, zoeken, zoeken, naar het goede, dat zij op Aarde nimmer hebben gekend.
Deze Bijbelzieken zijn ook in ons leven apathisch, velen psychopathisch en deze zijn niet te helpen.
Het is echter de moeite waard hen te volgen, hiervan is een grote studie te maken.
Deze persoonlijkheden moeten volkomen omgeploegd worden, alles moet eruit, wat men dit innerlijke leven geleerd heeft.
En dit geldt voor de enkeling, de massa en de ganse mensheid!
Maar voor deze aardse ellende komt het eeuwigdurend ontwaken in de plaats, de opvoeders aan deze zijde zijn dan ook voor hun taak gereed, zij kennen de wetten van ons leven.
Is het niet de moeite waard dit alles te leren kennen?
Aan Gene Zijde breekt men deze persoonlijkheid af, maar daarvoor ontvangt de ziel God, zoals wij God leerden kennen, als een Vader van Liefde!
Hier ontvangt de ziel het eeuwige bewustzijn, de verdoemenis wordt volkomen uitgeschakeld.
Waar is de Heiland?
Waar is Christus?
„Ben ik,” zo vraagt uw katholiek, „in de Voorhof?
Is deze stinkende hel de Voorhof van God?
Is dit de Voorhof?
Wie heeft mij wijsgemaakt, dat wij na de dood de Voorhof betreden?
Wat hebben de kerken voor ons leven te betekenen?”
Niets, niets geen betekenis, niets, want de kerken moeten nog voor het Goddelijk weten ontwaken.
Het ineenzinken van deze zielen is te begrijpen, nu schijnt haar alles verloren.
Maar dat alles ligt in de handen van hen, die hen helpen om tot het geestelijk ontwaken te komen.
Zij zelf bezitten niets, de astrale persoonlijkheid daarentegen alles!
En dat álles wordt hun geschonken, ook de aardse geestelijke.
De eerste sfeer is de Voorhof van uw katholiek, maar ook de Jood en de andere dogmatisten leven daar, zij hebben Christus leren kennen.
De eerste sfeer geeft antwoord op al deze vragen en opent u de ogen voor de wetten van God.
Daarin wordt beleefd, dat u een stoffelijke Voorhof toegezegd werd, want het geestelijke moet u zich nog eigen maken.
Wie niet aanvaarden kan, halsstarrig blijft weigeren, laten wij volkomen los en aan het eigen denken en voelen over, want deze zielen zijn té onbewust voor de wetten van de eerste sfeer.
Zo spreken de astrale wetten tot iedere levensgraad en afstemming, en eraan ontkomen is niet mogelijk.
Christus kon daardoor zeggen: „Ik en Mijn Vader zijn één!”
En zo is het, want wie zich niet kan openen, het hoofd niet wil buigen, kan dit astrale en geestelijke éénzijn met het leven van God ook niet beleven.
Die sluit zichzelf voor het ontwaken en al deze heiligheid af.
Wij trachten tot uw leven te spreken en u te helpen, zodat u zich reeds op Aarde die eenheid kunt eigen maken.
Hiervoor zond God ons naar de Aarde, door deze oorlog is dit tot stand gekomen.
U ziet nu, dat u niet voor niets hebt geleefd, en niet om niets de verschrikkelijke oorlogsjaren doorstond.
Deze armen van geest, die niet horen willen, lopen iedereen in het schemerland, die zij ontmoeten, omver, alsof een giftig insect hen gestoken heeft.
Als waanzinnigen voelen zij zich, alléén door die vreselijke onzin, die men hun op Aarde vertelde.
Als deze mensen echter een goed en liefdevol leven hadden geleid, zouden zij tot de eerste sfeer hebben behoord en zou deze onzin geen gat in hun astraal bewustzijn hebben geslagen.
Nu liggen er gaten in hun bewustzijn, welke wij moeten dichten, willen zij normaal en menselijk kunnen denken en aan hun opbouw beginnen.
Eerder is dat niet mogelijk, ze komen erdoor ten val!
Houd hen nu maar eens tegen.
Denk u eens in, wat er wordt gesproken als zij hun gebeden opzeggen.
Ze voelen zich nog op Aarde en leven toch aan Gene Zijde, de enorme kloof tussen leven en dood wordt door hen eerst na eeuwen overbrugd, want zij willen niet ontwaken.
Wij volgen deze zielen, wij zijn met hun levens één en weten precies wat zij elkaar te zeggen hebben.
Is het levenswijsheid?
Is het ruimtelijk diep, waarover zij spreken?
En straalt hier op Aarde ook maar iets Goddelijks uit hun geleerde opvattingen?
Aan deze zijde is dat evenmin het geval, ze blijven levend dood!
Als ge deze zielen in het schemerland kent, kent ge tevens de hele mensheid, want de mensheid heeft afstemming op het schemerland.
Hoe meer u op Aarde thans beseft, dat er een leven na dit leven is en dat u als ziel voortgaat en eens de astrale hellen of de hemelen zult betreden, des te schoner kan uw leven daar en in onze wereld worden, want dit weten geeft u de ontwaking.
Gij weet dan, dat leed en smart en ondervinding tot de geestelijke evolutie behoren en dat gij bezig zijt u de schatten van Golgotha eigen te maken.
Op Aarde wordt er gevloekt, maar in deze sfeer vloekt men, zoals u op Aarde het niet kunt.
Dit doen de teleurgestelden.
Zegt u hen, dat zij Christus nog niet kunnen zien en zij eerst over jaren wellicht een glimp mogen voelen, dan volgen de krachttermen en vervloeken zij hun geestelijken.
De vloek is gericht tot de kerk, de kerk, die het hoogste is op Aarde en waarvan de voorlichters het weten als geen ander.
Maar wat weten ze van de Goddelijke wetten af?
Ik herhaal het: steekt er zoveel Goddelijkheid in hun beweringen, moet u zich geen geweld aandoen de zonderlinge verhalen ten aanzien van God en Zijn Heilige Schepping te geloven???
Niet het onbewustzijn, maar het onlogische, het onwaarlijke ligt er duidelijk bovenop en toch dwingt men u ertoe het te aanvaarden.
Wij roepen u van deze zijde toe: ook de kerk moet nog ontwaken!
Het valse geschetter van de kerken maakt de gelovigen tot dwazen en verwaarloosden, het schept geestelijke zwakkelingen.
Moet God zó vertegenwoordigd worden?
Moet de kerk verdergaan Gods kinderen inzake het leven na de dood te bedriegen?
Onzin lanceren als Goddelijke waarheid?
Denkt de kerk, dat Adolf Hitler voor haar niet iets heeft gebracht?
Heeft Adolf Hitler haar voor niets die kaakslagen toegediend?
Hij werd van deze zijde ertoe gedwongen, ertoe geïnspireerd om de kerken wakker te schudden.
Dat heeft hij kunnen doen, omdat de kerk aan het geestelijk ontwaken moet beginnen.
De Eeuw van Christus is ook voor de kerk begonnen en zij zal de kerk het Goddelijke halt toeroepen.
In de Eeuw van Christus onzin te lanceren als goddelijke waarheid is niet meer mogelijk!
De kerk moet ophouden de hemelen te verkopen voor geld en goederen, dat is afdalend, dat is onbewust, het schept dierlijk talent!
Hemelen moeten verdiend worden!
Door te bidden en missen te lezen, kan het zieltje geen hemel betreden, dit te denken is onbewust, het is het gesar van het geestelijke ik en het vervloeken van Gods Almacht.
De mis van uw pastoor voert u daarom dan ook geen streep verder!
Een aflaat heeft voor onze wereld en de wetten van God geen betekenis!
Het biechten en vergeven worden kennen wij niet in ons leven, ook dat is aardse onzin!
God kan u vergeven, maar het oorzaak en gevolg blijft!
Gij moet toch alles zélf weer goedmaken!
In onze wereld zit ge aan uw eigen bidden vast, want ge speelt met uw uitstraling en die wordt door elkeen, die licht bezit, waargenomen.
Men stelt er uw ware liefde aan vast.
U staat dus naakt voor elkeen.
Maar voor de kerk hebben deze wetten geen betekenis.
Daarom is de biecht voor het onbeholpen kind, voor de onbewuste mens, aan Gene Zijde kennen wij haar niet, daar voeren de wetten van God ons tot de kern van het leven en daarin spreken wij tot het Allerhoogste!
God komt dan tot ons leven, géén ziel of meester in ons leven kan ons daarbij helpen, ons iets schenken, omdat daardoor het ontwaken in de geest de zin zou verliezen.
Voor de eigen levenswetten moeten wij ons hoofd buigen, dat gebuig kunnen we niet afkopen.
Doch de kerk verzekert u van wel, gij kunt een hemel kopen met al de heiligheid daarin, maar het kost geld!
Verkoop uw leven niet aan de kerk, maar laat het leven in de natuur en al het leven van God tot uw ik spreken en gij beleeft het goddelijk ontwaken!
Zet alles van uw eigen persoonlijkheid hiervoor in en gij betreedt de eerste sfeer, waar de gelukkigen u zullen verwelkomen.
Ik zeg u: de kerk wordt in het schemerland vervloekt, omdat zij al deze zielen bewust heeft vermoord!
De kerk heeft hen doodgeslagen en ongeschikt gemaakt voor onze wereld!!!
In de Eeuw van Christus moet de kerk tot het geestelijk ontwaken komen.
Tweeduizend jaar lang wroet de kerk al in het onbewuste.
De kerk blijft slapen, maar nu zullen haar gebouwen ineen vallen.
Deze oorlog zal hen met de grond gelijk maken, omdat deze gebouwen het leven van God en Christus hebben bezoedeld en versjacherd.
De Eeuw van Christus roept de kerk het Goddelijke halt toe!
En daarvoor was Adolf Hitler nodig!
Adolf Hitler sloeg raak, de beul van de mensheid werd ertoe gedwongen.
Niet alles van uw ellende komt op zijn dak, ook de kerk heeft dit te aanvaarden.
Dat is Gods wil.
De wetten van ons leven spreken, de kerk heeft zich deze eigen te maken of ze houdt straks geen ziel meer over.
Is de kerk het grijze verleden vergeten?
De kerk moet nu ophouden met het leven van God af te breken, want de kerk van Christus wordt niet blijvend opgebouwd door stoffelijke en geestelijke moord.
Is Christus hiervoor gestorven?
Hoeveel mensen werden er in het verleden door de kerk op de brandstapels gruwelijk gesmoord?
Moet Gene Zijde dit aan de kerk zeggen?
De kerk heeft voor beul gespeeld, maar dat wil nu vergeten worden.
Is de beul van de mensheid dieper gezonken dan de kerk?
Ontelbare zielen werden door de kerk levend verbrand, hoe voelt de kerk zich thans?
Dacht u, dat God deze ontzettende fouten kon vergeten?
Dat de kerk al deze onmenselijkheden werden vergeven?
Maar waarom praat de kerk niet over de Goddelijke liefde?
Het is niet mogelijk, want de kerk heeft het recht om te spreken verloren, bezoedeld, versjacherd, door de levens, die werden afgemaakt, viel haar heiligheid!!!!
Is dit óók onzin?
De kerk zegent kanonnen.
Is dat het bewustzijn, dat de kerk u kan schenken?
In deze oorlog krijgt de kerk geen kans haar onbewuste en verschrikkelijke handelingen uit te voeren, want de beul van de mensheid heeft de kerk niet nodig, ook de priesters werden afgemaakt.
De kerk valt, als er niet ingegrepen wordt, als niet opgehouden wordt met dat vloeken, met de hemelen te verkopen, want dit gesjacher behoort tot de laagste hellen in ons leven.
Christus zal ingrijpen en afdoende handelen, maar dan verdwijnen de kerken van de Aarde en hebben die geestelijken geen betekenis meer.
En ook dat komt, uw toekomst leert het en bewijst het u en de uwen en die na hen komen!
De kerk voelt zich op Aarde oppermachtig, maar waardoor?
Door wie?
De kerk spreekt van liefde en rechtvaardigheid, maar worden het leven en de wetten van Christus door de kerk aanvaard?
Wij weten beter!
Wij zien achter de schermen van uw kerkelijke hoogwaardigheidsbekleders en kennen hun levens.
Maskers dragen is niet meer mogelijk en aan politiek doen is ongewenst, armzalig bedroevend, het is voor de kerk de geestelijke afbraak!
De kerk heeft zichzelf hierdoor vervloekt en is diep gezonken.
Elkeen hier in het schemerland kan het u verklaren.
De kerk voert het leven van God niet opwaarts, niet tezamen, maar brengt u naar de afgrond.
Toch zal de Eeuw van Christus ook voor de kerk het geestelijk ontwaken brengen.
Christus zegt: „Vertel op Aarde wat Mijn Eeuw betekent!”
De hoogste Engelen zullen het u zeggen in Naam van God, als een Vader van Liefde.
Wij, als hun afgezanten, spreken tot uw leven.
Wij zeggen u: Adolf Hitler is een heilige vergeleken bij de kerk (zie artikel ‘Hitler’ op rulof.nl).
De beul van de mensheid is niet zó diep gezonken als uw kerk in de loop der eeuwen gezonken is.
De kerk zélf kan dit woord niet aanvallen, want wij spreken uit Christus!
Als u dit verschrikkelijk in de oren klinkt, dan blijkt er wel uit, dat u nog nimmer hebt gedacht over de leerstellingen van de kerk, die de God van Liefde tot een God van verdoemenis maakte en met een eeuwige hel dreigt, dan kent u ook de barbaarse geschiedenis niet van uw kerk.
Gods wil is het, dat de Aarde en al haar kinderen Zijn woord ontvangt.
Gods wil is het, dat de mensheid ontwaakt.
Daarom moet dit alles gezegd worden.
Wij zetten thans recht, wat door de mensheid scheefgeslagen is en waaraan de kerk schuld heeft.
Met leugen en bedrog heeft de kerk haar zending willen volbrengen.
Maar dat kan niet, dit is in strijd met de wetten van God, voor uw aards en ons astraal bestaan.
De kerk zocht het in de politiek, Adolf Hitler zei, dat moet afgelopen zijn.
Was dit een verkeerde opvatting?
Bracht Adolf Hitler alleen onzin?
Bij alle ellende bracht hij tevens het goede, hij bracht het stoffelijk ontwaken op Aarde.
Hij bracht door zijn revolutie: evolutie!
Hij bracht het ontwaken in de geest voor de enkeling, de massa en de mensheid!
Dat wilt u van hem niet aanvaarden, maar de Eeuw van Christus dwingt u ertoe.
De hele wereld heeft de rampzalige houding van de kerk beleefd, niets, niets heeft zij kunnen doen voor het innerlijk en stoffelijk leven van het christenkind.
Stond de kerk niet toe, dat de ene gelovige de andere afslachtte?
Was de kerk in staat u het antwoord te geven op de klemmende vragen van het ogenblik?
Krijgt u niet het álleszeggende beeld van haar ontreddering?
Haar machteloosheid en onvolkomenheid jegens God en voor Christus?
Deze oorlog trekt u in ons leven en in de wetten van God op, of hij voert u tot de laagste hellen aan deze zijde.
Indien gij niet aanvaarden kunt, heeft Golgotha voor uw leven geen betekenis, maar aanvaard dan tevens, dat gij tot de heidenen behoort.
De kerk werd niet opgetrokken, ze viel dieper dan ooit in deze oorlog.
De hoogste meesters aan deze zijde zullen de kerk eens overtuigen van de wetten van uw en ons leven en dan leert de mensheid het „Onze Vader” kennen.
Hoe en waardoor zij zullen spreken is een heilig wonder, de Eeuw van Christus schenkt hun deze macht!
En dit wonder wacht aan deze zijde op de aardse geboorte, eenmaal op Aarde, zal het de biecht en alle onnodigheden uitschakelen.
Die wonderen behoren de toekomstige mens toe, Christus stierf ervoor.
Dit wonder van God zal de geestelijkheid, die van verdoemenis spreekt, eens totaal uitschakelen.
Zegt het u niets?
Uw kerken krijgen dan een geheel andere betekenis.
Niet één geestelijke is dan nog in staat onzin te lanceren, want het Goddelijk wonder spreekt voor hem!
En eerst dan voelt gij u door God gedragen en komt het innerlijk leven tot Golgotha.
Christus spreekt dan onmiddellijk tot het innerlijk leven, tot al het leven van God.
Al uw priesterschappen houden op te bestaan, want de Eeuw van Christus heeft haar niet meer nodig.
Voelt u iets van het grote en machtige wonder, dat aan deze zijde op zijn geboorte wacht?
Straks zal ik u het ganse geheel verklaren.
Vroeger werden er profetieën geuit, maar ook deze voorspellingen behoren ertoe, ze komen uit dezelfde bron, want de meesters willen, dat gij, de massa en de mensheid ontwaakt.
Waarvan en waarover ik vertel zijn geestelijke wonderen voor de Eeuw van Christus.
Door deze wonderen spreken de Goddelijke wetten en niet één vraag zal onbeantwoord blijven.
De Eeuw van Christus roept alle onbewusten het Goddelijk halt toe en tot deze behoort de kerk!
Ook de Jood moet hier in het schemerland ontwaken en die ziel heeft het als vele kerkgangers ellendig.
Maar hier voelt de Jood zich niet achteruitgezet, in ons leven krijgt hij het natuurlijke gevoelsleven, indien hij zijn bedrog kan vergeten, zijn geloof naast zich neerleggen.
Kan hij dat niet, dan staat hij stil in zijn ontwikkeling en is er van ontwaken geen sprake.
Want de Messias komt niet op de wolken, de Messias heeft reeds op Aarde geleefd.
Hier zoekt de Jood de ruimte op, hij begrijpt, dat die mist hier hem het halt toeroept.
Dat is zijn hemel, moet hij ervaren, en hij bezit die door zijn mistachtig bewustzijn.
Heel zielig is het, hem te zien zoeken naar de Messias.
Deze ziel is blind geslagen.
De heiden bezit niets, maar dit is beter dan zich in te graven in een bezit, dat geen bestaan heeft.
De Jood stikt hier in dit schemerland, waarin hem alles moet worden geleerd.
Maar dit stikken geeft hem het geestelijk ontwaken, als een nieuwe persoonlijkheid treedt hij dan naar voren en voelt hij zich gereinigd.
Nu is uit hem weg de gedachte zijn eigen vlees te besnijden, want hij weet dat dit onzin is en aftakeling.
Hij weet nu ook, dat hij z’n leven versjacherd heeft, dat hij leefde door het levensbloed van anderen.
Hij heeft in ons leven niets te koop, want de wetten van God sloegen hem z’n handel uit handen, zó, dat hij er zelf onder bezweek!
Het Joodzijn heeft aan deze zijde geen betekenis, want iedere ziel is van joodse afkomst.
Het Jodendom bracht het christendom voort, dat eerst aan deze zijde bewezen wordt.
In het schemerland leren wij het innerlijk van de aardse Jood kennen.
Die levens hebben iedere geestelijke betekenis verloren, zover ging hun gesjacher, zó hebben de Joden zich uitgeleefd.
Nog druipen zij van het christenbloed, nog stinken zij van de onrechtvaardigheden onder elkaar bedreven.
Het is alweer de Eeuw van Christus, die de joden van alle volkeren het Goddelijk halt toeroept.
Of dacht de Jood na de oorlog voor martelaar te kunnen spelen?
U ziet het, deze oorlog heeft betekenis voor elkeen, voor al het leven van God in de ruimte.
Elkeen krijgt een aanvaardbare levensles te leren, goed- dan wel kwaadschiks, de ontwaking komt voor elkeen.
Het sjacheren kan de Jood op Aarde doen, aan deze Zijde is dat afgelopen.
Honderdduizendvoudig roepen de wetten van God juist het joodse ras (zie artikel ‘Er bestaan geen rassen’ op rulof.nl) het halt toe, want dit volk heeft zichzelf vervloekt.
En die vervloeking hebben de kinderen van Abraham zelf over hun hoofden geroepen, Caiphas voltrok dit proces!
In het schemerland gaat de Jood eigenlijk eerst beseffen, dat al het leven van God van joodse oorsprong is – en ook, dat het Sieg Heil van Adolf Hitler ook diende om hém wakker te schudden!
Is dat zo onwaarschijnlijk, nu wij weten, door wie Christus gekruisigd werd?
De wetten van God zullen het u aantonen, in het schemerland reiken ze u de hand of ze worgen u, maar dan is het uw eigen schuld, ge wilt dan uw aardse persoonlijkheid niet buigen!
Toch heeft deze in ons leven geen betekenis, ook al stroomt er blauw bloed door uw aderen.
Voor God en Christus hebben zelfs kronen geen betekenis.
Is ook dit onwaarschijnlijk?
Indien de mens echter ontwaken wil, staan de Engelen naast hem en voeren hem tot de Goddelijke wonderen.
En die wonderen scheppen voor u een ruimte, waarvan de Jood in het schemerland echter geen begrip heeft; hij zoekt het nog steeds bij zijn kalotje en het rein gestreken overhemd van zijn voorvaderen.
U voelt het zeker, zijn geloof heeft geen levende bezieling meer, het is versleten, het is aftands geworden.
En dat door eigen schuld.
Waarom kan de Jood Christus niet aanvaarden?
Gene Zijde is oneindig.
Géén stap kunt ge in deze oneindigheid doen of ge volgt het voetspoor van Christus.
Door Hem is de Eeuwigheid opgebouwd.
Christus kende de mentaliteit van de Jood.
Hij noemde hem een farizeeër, een huichelaar, omdat deze in alles met Gods wetten in strijd is.
De Jood in het schemerland staat voor deze realiteit, hier kan hij het door Christus gesproken woord niet loochenen.
Het schreeuwen van de Jood om zijn Messias zegt ons hier niets, wij laten hem schreeuwen, totdat zijn stembanden het woord niet meer doorlaten en hij is als een rochelende gestalte, als het lijkwit van zijn kerk, want dit moet hem het ontwaken geven.
Hij moet zich losmaken van zijn bewust stoffelijke, bedrieglijke, sjacherige ik, of hij tuimelt lager en lager, tot hij zijn gezicht verliest, doordat het hellegedrocht hem heeft omarmd.
Waar is de Messias?
In u leeft Hij, en op Golgotha is Hij voor elkeen gestorven, ook voor de Jood!
Zoek niet langer, lieve, lieve ziel van joodse afkomst, ziel van God, houd op Jood te willen zijn, want gij vervloekt uzelf.
U moet, als wij, als iedere katholiek en protestant, als alle dogmatisten, Christus aanvaarden, u moet het leven van God leren liefhebben – of gij staat stil in de geestelijke ontwaking en dan is het onmogelijk, dat de Eeuw van Christus tot uw gevoelsleven spreekt.
Is het dan niet beter dat u nu het hoofd buigt?
Gij behoeft het dan aan onze Zijde niet te doen.
Waar is de Messias?
Uw vonk is door het leven van die Messias gezegend.
U gelooft het nog niet?
Breek dan nog maar langer uw Goddelijke-ik af.
Of verkoop het, gij blijft dan Jood – om te stikken, om te verdrinken in uw zondige ras (zie artikel ‘Er bestaan geen rassen’ op rulof.nl), dat Christus op afschuwelijke wijze ombracht (zie artikel ‘Joodse volk’ op rulof.nl).
Goddank, nu zijn we zover dat we het doel van Christus kunnen volgen.
Dat, waar Mozes over sprak, waar hij en de profeten hun leven voor inzetten, gaat thans geschieden.
De massa en de mensheid gaan tot geestelijke ontwaking komen.
De enkeling is al verder, die heeft de eerste sfeer reeds bereikt.
De Eeuw van Christus roept u toe: geleerdheid, die u naar de afgrond voert, heeft thans geen betekenis meer.
Het halsstarrig weigeren te ontwaken geeft afstemming op de duistere hellen, men toont erdoor blind te zijn, doofstom.
Het is heel hard te moeten bekennen fout te zijn, doch dit behoort toch, als al het andere, bij het geestelijk ontwaken, Christus heeft het gewild.
Het wanbegrip, de intellectuele hoogmoed, het geestelijk dogma – dit alles sloeg wonden in het lichaam van Gods Heilig Kind en deed het angstig donker worden op Golgotha!
Leg het kuddediereninstinct af, wees in uw aardse weten niet waanwijs, maak u los uit de bekrompenheid van uw dogma’s, word als het kind, dat ontvankelijk luisterend Christus’ woorden genoot, want dan wordt u het Koninkrijk Gods gegeven, op Aarde zowel als aan deze Zijde!
Ge zult dan mét Christus en dóór Christus tot in alle eeuwigheid daar zijn, waar Gods leven bloeit en groeit en waar Zijn licht uw leven verwarmt en opvoert.
Het is te bereiken door de Eeuw van Christus te aanvaarden en deze te dienen.
Gij hebt alles zelf in handen, want God schonk u Zijn Bewustzijn!