Voorwoord
Geachte lezer,
De uitgave van dit boek heeft tot doel, de mensheid de overtuiging te schenken van haar – in hogere bestaansvorm – voortleven, na de lichamelijke dood.
Wat ik u vertellen ga, werd mij meegedeeld door mijn vriend André Hendriks, die, als schakel tussen de stoffelijke en de onzienlijke wereld, dit alles heeft mogen beleven.
Hij verzocht mij, dit gebeuren bekend te maken, in de hoop, dat dit velen tot zegen zij.
Aan zijn verzoek voldoe ik natuurlijk volgaarne.
Moge Gods zegen op ons werk rusten!
’s-Gravenhage, oktober 1933.
J. R.