Inleiding
Dat het aan mij gegeven is u door een aards instrument van mijn leven te vertellen, betekent een grote genade voor mij, waarvoor ik God heel dankbaar ben.
Nimmer zou ik op aarde in de mogelijkheid hiervan hebben kunnen geloven.
Mijn vader, die mij opwachtte en hielp, toen ik in het leven van de geest binnentrad, en zijn tweelingziel zijn hier en blijven hier bij mij, totdat het boek is vastgelegd.
Ik dank hun beiden uit de grond van mijn hart voor alles, wat ik tijdens mijn leven op aarde en hier aan de overzijde van het graf van hen mocht ontvangen.
Ik zie eerst nú, hoe eenvoudig het is door een aards instrument te spreken, als dit voor deze wereld gereed is.
Op aarde reeds zocht ik met mijn vader naar het rein, echt-gééstelijk contact, maar al te vaak werden wij echter bedrogen.
Nu is dan het ogenblik daar, dat ik mag gaan vertellen.
De meester zegt, dat ik alles, wat mijn vader en mij betreft, moet doorgeven, omdat het de moeite waard is en betekenis heeft.
Het is het mooiste geschenk, dat God mij geven kon.
Diep buig ik dan ook het hoofd.
Van harte hoop ik, dat het boek velen zal bereiken en overtuigen van de heilige waarheden, die het bevat.