Jeus verkende zijn geboortedorp

1902

Zijn broer Bernhard leidde Jeus rond door ’s-Heerenberg en toonde hem alles wat hij in zijn jonge leven al ontdekt had.

Bernard begint aan Jeus de omgeving te verklaren.
Nu staan ze midden op de Grintweg.
Ook wel de moeite waard, denkt Bennad.
„Déze weg, Jeus, dèn lup van hie’r hélemaol naor Zeddam en nog verder.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Bernard verklaarde Jeus de weg waaraan hun huis stond, de Grintweg in ’s Heerenberg.
Onderstaand twee foto’s van de Grintweg.
Bron: Berghapedia.
De Grintweg heet nu de Zeddamseweg (zie kaart hieronder).
Deze rondleiding wordt in de biografiie ‘Jeus van Moeder Crisje Deel 1’ beschreven vanaf het hoofdstuk
„Kie’k hie’r is, Jeus, dat is it judde-kerkhof!”
„It judde-kerkhof, Bennad?
Wat is ’n judde-kerkhof?”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Het ‘judde-kerkhof’ was de joodse begraafplaats aan de Zeddamseweg in ‘s-Heerenberg, die omstreeks 1752 in gebruik was genomen.
Het kerkhof is een gemeentelijk monument met 22 hoofdzakelijk rechtopstaande stenen die naar het oosten zijn gericht.
Bron en foto’s: Wikipedia.
„Kom, Jeus”, vervolgt Bernard zijn weg, „wiij gaon naor de Mul, ook das mooi, wâ!”
Ze sloffen het bos door en komen bij ’n molen.
Jeus heeft zo’n ding nog niet gezien.
De molen draait, de armen vliegen rond, ’n gek ding is het.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
De molen staat op een hoogte aan de Zeddamseweg, naast het Joodse kerkhof en is al geruime tijd een onttakelde molenromp, zoals op de onderstaande foto is te zien.
De molen werd in 1829 in opdracht van vorst Anton von Hohenzollern-Sigmaringen, de toenmalige bezitter van het voormalige graafschap Bergh, door molenmaker J.F. Ubbing gebouwd.
Voor de stenen romp werd gebruik gemaakt van bakstenen uit de in die tijd gesloopte stadspoorten van Emmerich (Duitsland).
Bron: https://www.routeyou.com.
Even verder staan ze voor het stationnetje Zutphen-Emmerik.
Jeus kijkt zich de ogen uit z’n kop en vraagt al:
„Was dit, Bennad?”
„Das de tram!”
„De tram?
Tram ...?”
En dan bruist het in hem en vraagt hij:
„Is dat de tram, waor vader met geet?”
„Das krek de eigeste, hie’r mot vader naor toe as dèn elke dag naor Emmerik mot.”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
In 1891 nam men het initiatief om naast de verbinding tussen Dieren en Doetinchem tot een lijn van Zutphen naar Emmerik te komen (de Tramweg Maatschappij Zutphen-Emmerik).
Het duurde echter nog tot 1902 voordat deze tramlijn gereed kwam.
Hieronder een afbeelding van de stoomtram Zutphen-Emmerik die door het dorpje Hummelo reed.
Onderstaand de stoomtram in de ’s Heerenberger Strasse in Emmerik in 1905.
Onderstaand de tramhalte Molenpoort bij Hotel Sliepenbeek te ’s Heerenbergh.
Bron: Berghapedia.
Doch Bennard ziet meer.
Hij wijst aan Jeus, waar de wacht is.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Met de wacht bedoelde Bernhard een grenspost.
Een van de grensposten vlakbij was op de Emmerikseweg 15 in ’s-Heerenberg.
Het huis dat te zien is op de onderstaande foto was het oudste grenskantoor van ’s-Heerenberg.
De officiële naam luidde destijds ’s-Heerenberg-West – Heerenbergerbrücke.
foto: http://www.berghapedia.nl.
Nu komen ze voor de grens, de Wetering.
Ze staan op de brug en kijken in het stromende water.
Zo ver Jeus kijken kan, ziet hij water.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
De brug 100 meter verderop loopt over het grenskanaal de Wetering.
Dit kanaal geeft de grens met Duitsland aan.
Bij Koninklijk Besluit van 10 december 1822 werd bepaald dat dit grenskantoor te ’s-Heerenberg per 1 januari 1823 was aangewezen als kantoor voor ‘expeditie voor het inkomen in het Rijk aan landzijde, zijnde tegelijkertijd kantoor van laatste visitatie bij uitgaan’.
In 1851 werd deze bevoegdheid uitgebreid tot de in- en uit- en doorvoer van accijnsgoederen.
Hierdoor werd het een heel belangrijk grenskantoor.
Het was ook een belangrijk kantoor vanwege de grensoverschrijdende tramlijn Emmerik-Zutphen.
Bron: http://hedvvich.nl.
De Zwarte Brug was de benaming voor een brug over de Wetering (ook wel Grenskanaal genoemd) tussen ’s-Heerenberg en Lengel in de provincie Gelderland en aan Duitse zijde de gemeente Emmerik.
Het riviertje De Wetering vormt hier de Nederlandse rijksgrens met Duitsland.
Onderstaand een foto uit het beeldbestand van Rijkswaterstaat.
Bron: https://beeldbank.rws.nl.
Nu staan ze, ze zijn er straks al voorbij gekomen, voor het gebouw van de Politie.
„Zie-je dat, Jeus?”
„Jao, Bennad.”
„Das now it huus veur de Masseséé.
Hie’r is de gevangenis.
Hie’r stoppe ze zoeplappe in, minsche die ruzie make, de méssestékes.
Giij kent de Masseséé wel, die komme jao altied met hun péérde oaver de Grintweg, wâ!”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Onderstaand een foto (omstreeks 1910) met rijkswachters en marechaussees vóór de marechausseekazerne, die toen gevestigd was aan het pad dat naar de wal voert.
Bron: boekje ‘’s Heerenberg en Zeddam in oude ansichten’.
En hie’r is Jaspe de fietsemaker.
Dèn hèt fietse zat, kie’k eiges maor.
En die fietse kui hure.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Onderstaand de eerste fietsenzaak van ’s Heerenbergh, eigendom van Marinus Jasperse, die op de onderstaande foto zonder fiets voor de deur staat.
Met fiets staan er zijn broers Willem en Johan, die bij hem in dienst waren.
Bron: boekje: ’s-Heerenberg en Zeddam in oude ansichten.
Als ze even verder komen staan ze voor een groot huis.
„Wat is dat voor ’n groot huus Bennad?”
„Das gin huus, das de kerk?”
„Is dat de kerk, Bennad?
Geet moe’der hie’r altied beiije?”
„Dat heb giij goe’d geraoje.
Jao, moe’der geet hie’r altied beiije.”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Blijkbaar volgden Jeus en Bennad de marktstraat, richting de kerk, waarvan op de onderstaande foto de torenspits nog net zichtbaar is.
bron: http://www.berghapedia.nl.
Onderstaand het interieur van deze kerk:
„En hie’r, Jeus, woont Hanne Schuurman, hie’r gaon de grote jonges fietse.
In de grote zaal doe’n ze dat, zei Johan en zun van die kleine, maor starke fietse, die nooit kapot gaon, want Johan hèt gezie’n, dat ze der boave op stonde met zes man tegeliek.”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Onderstaand een foto van café-restaurant-zaal Schuurman.
Bron: Heemkundekring.
En hier, gaat Bernard verder: „heij it Socéteit-gebouw.
Hie’r viere ze kermis, hie’r schie’te ze ook en das veur de grote minsche.
Ze schie’te dan de haan van ’n paol en krie’ge ze ’n preis en saoves danse ze, en zoepe ze foezel!”
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Onderstaand een foto van de molenstraat in 1912 met rechts de sociëteit.
Gisteren waren ze op het andere kerkhof.
Ze keken naar de menselijke graven en naar die stenen.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Onderstaand een foto van het andere kerkhof.
Bron: http://www.berghapedia.nl.
Daarna gingen zij naar de „Wal” en na de Wal tot de Vissche Wei, een ruw stuk land met sloten erdoor, waar de jongens en meisjes ’s winters schaatsenrijden en rond slieren.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
De Wal is het restant van een verdedigingswal die begint in de Molenstraat in ’s-Heerenberg tussen de Bleek en Grand Café De Snor.
Reeds in 1473 werd gesproken over de aarden wal die de stad en kasteel omringde.
Een groot gedeelte bestaat vandaag de dag nog.
Oorspronkelijk stonden er geen bomen op de wal, maar houten staketsels of palissaden.
Onderstaande foto bron: http://www.berghapedia.nl.
En hierachter ligt de Plantage.
Daar kun je lekker verstoppertje spelen.
Geen mens kan je daar vinden.
Toen Bernard het Jeus eventjes wilde laten zien, kon hij later de weg niet meer terugvinden en moest Bernard bekennen, dat hij in de Plantage was verdwaald.
Waren er geen andere mensen in de Plantage geweest, dan hadden zij die nacht buiten kunnen slapen.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
De Plantage is een parkbos, een soort bostuin, die aan het einde van de 18e eeuw is aangelegd aan de westzijde van Huis Bergh.
Tussen de Plantage en de stadsomwalling (de Wal) staat de Kaatsbaan uit 1560, die vroeger gebruikt werd voor het vermaak van de hoge lieden.
Bron foto: https://mijngelderland.nl.
„En daor gund woont de Baron.
Giij wèt wel, dèn van ’t kasteel, mie’n God nog aan toe, Jeus, wat motte die minsche toch ’n geld hebbe.
Daor hèt vader zie’n wien motte brenge.
Jeus van Moeder Crisje Deel 1, 1950
Hieronder een foto van Huis of Kasteel Bergh in ’s-Heerenberg, één van de grootste kastelen van Nederland.
Het maakte deel uit van de heerlijkheid Land van den Bergh. De bouwgeschiedenis van het kasteel gaat terug tot de 13de eeuw.
De belangrijkste nog bestaande delen dateren uit de 14de, 15de en 17de eeuw.